forventede
Deens
Woordafbreking
- for·ven·tede
Woordherkomst en -opbouw
- Deense werkwoordsvorm met het voorvoegsel for-
Naar frequentie | 3130 |
---|
Bijvoeglijk naamwoord
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van forventet
forventede, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van forventet
Werkwoord
forventede
- verleden tijd van forvente