formatrice
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: formatrice (hulp, bestand)
Woordafbreking
- for·ma·tri·ce
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van formeren met het achtervoegsel -atrice
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | formatrice | formatrices |
verkleinwoord | formatricetje | formatricetjes |
Zelfstandig naamwoord
de formatrice v
Gangbaarheid
- Het woord 'formatrice' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.