feliciteerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- fe·li·ci·teer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
feliciteren |
feliciteerde
- enkelvoud verleden tijd van feliciteren
- Ik feliciteerde.
- Jij feliciteerde.
- Hij, zij, het feliciteerde.
- Ik feliciteerde.
vervoeging van |
---|
feliciteren |
feliciteerde