excerpt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ex·cerpt
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘uittreksel’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1787 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord excerpt excerpten
verkleinwoord excerptje excerptjes

Zelfstandig naamwoord

het excerpto

  1. een beknopte beschrijving van een inhoud
    • Wij gebruikten een excerpt uit een document van het CBS om argumenten te staven met feiten. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

45 % van de Nederlanders;
44 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen