enzovoorts

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • en·zo·voorts
Woordherkomst en -opbouw

Tussenwerpsel

enzovoorts

  1. een aanduiding van het feit dat een verdere opsomming overbodig geacht wordt
Synoniemen
Afkorting
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
79 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen