elektrotechniek

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • elek·tro·tech·niek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord elektrotechniek elektrotechnieken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de elektrotechniekv

  1. (techniek) (wetenschap) de studie en praktische toepassing van alles wat met elektriciteit en elektromagnetisme te maken heeft en waarvan (elektronica) maar een heel klein onderdeel vormt
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be