eisprong
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ei·sprong
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van ei en sprong
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | eisprong | eisprongen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de eisprong m
- (biologie) het tijdstip dat de eicel door de eierstok wordt afgestoten
- Na de eisprong kan er nog een aantal uren een bevruchting plaats vinden.
Synoniemen
Vertalingen
1. het tijdstip dat de eicel door de eierstok wordt afgestoten
Gangbaarheid
- Het woord eisprong staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "eisprong" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be