draagt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • draagt

Werkwoord

vervoeging van
dragen

draagt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dragen
    • Jij draagt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dragen
    • Hij draagt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van dragen
    • Draagt!