doctrinair
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: doctrinair (hulp, bestand)
Woordafbreking
- doc·tri·nair
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Franse doctrinaire of van doctrine met het achtervoegsel -air [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | doctrinair | doctrinairder | doctrinairst |
verbogen | doctrinaire | doctrinairdere | doctrinairste |
partitief | doctrinairs | doctrinairders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
doctrinair [2]
- streng vasthoudend aan eenmaal aanvaarde leerstellingen, leerstellig
Verwante begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord doctrinair staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "doctrinair" herkend door:
75 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ doctrinair op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be