discuswerpen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dis·cus·wer·pen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord discuswerpen -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het discuswerpeno

  1. (sport), een atletiekdiscipline waarbij men een discus zo ver mogelijk probeert te werpen
    • Discuswerpen is ook een olympische sport. 
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
discuswerpen
-
(discusgeworpen)
onvolledig

Werkwoord

discuswerpen

  1. inergatief met een discus werpen
    • Hij begon discus te werpen en verdiende er uiteindelijk in 1954 een studiebeurs mee. 
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid