denotar
Spaans
Uitspraak
Woordafbreking
- de·no·tar
Werkwoord
denotar
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
denotar |
denotaba |
denotado |
volledig |
- overgankelijk aanduiden, aangeven, duiden op, wijzen op
Synoniemen
- [1] significar, suponer
Anagrammen
Verwijzingen
- denotar in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española