decentralisatie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • de·cen·tra·li·sa·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord decentralisatie decentralisaties
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de decentralisatiev

  1. spreiding van bestuurlijke bevoegdheden over een aantal lagere instanties
Synoniemen
Hyperoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen