dadaïsme

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • da·da·is·me
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘kunstrichting’ voor het eerst aangetroffen in 1923 [1]
  • afgeleid van het Franse 'dada' (stokpaardje) met het achtervoegsel -isme [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord dadaïsme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het dadaïsmeo

  1. (kunst) kunststroming ontstaan in 1916, die alle betrekking tussen de gedachte en de uitdrukking ervan wilde opheffen
    • In de omringende landen was er al sinds de jaren twintig van de vorige eeuw een opleving gaande: er waren daar stromingen zoals het dadaïsme, dat in Nederland nog niet echt was 'aangeslagen'.[3] 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

76 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen