cynisme

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • cy·nis·me
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Griekse 'kúōn', genitief kunós, (hond) met het achtervoegsel -isme [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord cynisme cynismen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het cynismeo

  1. (filosofie) wijsgerige school bij de oude Grieken
  2. levenshouding waarbij men afwijzend staat tegenover idealisme of geestdrift
     'Heel misschien gaat het in uw bovenkamer dagen, meneer Steiner,' zei Jeroen met een stem waar het cynisme vanaf droop.[2]
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen