criminoloog
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: criminoloog (hulp, bestand)
Woordafbreking
- cri·mi·no·loog
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van criminologie met het achtervoegsel -loog
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | criminoloog | criminologen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de criminoloog m
- (beroep) beoefenaar van de criminologie
- Als criminoloog maak je geen regels en ga je ook niet straffen. Je bestudeert het hoe en waarom van crimineel gedrag en onderzoekt wat criminaliteit is.[1]
Vertalingen
1. beoefenaar van de criminologie
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord criminoloog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.