continent

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • con·ti·nent
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘vasteland’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1824 [1]
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘de uitscheiding kunnende beheersen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1846 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord continent continenten
verkleinwoord continentje continentjes

Zelfstandig naamwoord

het continento

  1. een werelddeel
  2. het vasteland
Synoniemen
Antoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen