conspiratie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • con·spi·ra·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord conspiratie conspiraties
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de conspiratiev

  1. samenzwering
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

80 % van de Nederlanders;
74 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen