chanteuse

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • chan·teu·se
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord chanteuse chanteuses
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de chanteusev

  1. (muziek) (beroep) zangeres, chansonnière
  2. vrouw die chantage pleegt ??
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

74 % van de Nederlanders;
77 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen


Frans

Uitspraak
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  chanteuse     la chanteuse     chanteuses     les chanteuses  

Zelfstandig naamwoord

chanteuse v

  1. zangeres