certificaatje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: certificaatje (hulp, bestand)
- IPA: / ˌsɛrtifiˈkacə / (5 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˌsɛrtifiˈkacjə/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˌsɛrtifiˈkatjə/
Woordafbreking
- cer·ti·fi·caat·je
Zelfstandig naamwoord
het certificaatje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord certificaat