buurtje
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- [1] buur·tje
- [2] buurt·je
Zelfstandig naamwoord
het buurtje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord buur
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord buurt
Gangbaarheid
- Het woord buurtje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "buurtje" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be