buitenschool
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bui·ten·school
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van buiten en school
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | buitenschool | buitenscholen |
verkleinwoord | buitenschooltje | buitenschooltjes |
Zelfstandig naamwoord
- (onderwijs) (geschiedenis) school waar het lesgeven zo veel mogelijk in de openlucht plaatsvond
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord buitenschool staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.