brutaliteit

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bru·ta·li·teit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord brutaliteit brutaliteiten
verkleinwoord brutaliteitje brutaliteitjes

Zelfstandig naamwoord

de brutaliteitv

  1. zich onbelemmerd door overwegingen van respect of ontzag gedragen
    • Die brutaliteit zet ik je betaald! 
    • Poetin heeft een indrukwekkende lijst van internationale brutaliteiten op zijn naam staan: de inval in Georgië in 2008, de inname van de Krim en de operaties in het oosten van Oekraïne. [1] 
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen