bodywarmer

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

1. Een lichtgrijze bodywarmer.
Uitspraak
Woordafbreking
  • bo·dy·war·mer
Woordherkomst en -opbouw
  • van Engels bodywarmer, in de betekenis van ‘mouwloos gewatteerd vest’ voor het eerst aangetroffen in 1986 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord bodywarmer bodywarmers
verkleinwoord bodywarmertje bodywarmertjes

Zelfstandig naamwoord

de bodywarmerm

  1. (kleding) kort, warm jasje zonder mouwen, dat de romp beschermt tegen kou en wind zonder de bewegingen van de armen te hinderen
    • Een bodywarmer wordt meestal gebruikt in de lente en is soms van parachutestof gemaakt, maar in principe komen veel soorten stof in aanmerking, met als vulling dons of een synthetische wattine. 
     Met een kast vol fleecevesten, windjacks, vissershoedjes, korte broeken en bodywarmers heeft Alexander over de jaren een collectie opgebouwd waarmee hij de elementen kan trotseren.[2]
     Hij draagt twee truien en een bodywarmer tegen de kou.[3]
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. "bodywarmer" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. Bronlink geraadpleegd op 29 augustus 2022 Weblink bron
    Jonas Kooyman
    “Jonge stedelingen kleden zich alsof ze gaan wildkamperen: de opkomst van gorpcore” (9 maart 2021) op nrc.nl
  3. Bronlink geraadpleegd op 29 augustus 2022 Weblink bron
    Toon Beemsterboer
    “Erdogan heeft een nieuwe vijand: de uienlobby” (21 december 2018) op nrc.nl


Engels

Woordafbreking
  • bo·dy·war·mer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
bodywarmer bodywarmers

Zelfstandig naamwoord

bodywarmer

  1. (kleding) bodywarmer
Overerving en ontlening