bewatering

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·wa·te·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bewatering bewateringen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bewateringv

  1. bevloeien met water in tijden van droogte
     Degenen die wel veel van de droogte en de gevolgen van verschillende maatregelen merken zijn boeren. Die mogen niet zomaar meer sproeien. Veel boeren halen het water waar ze mee sproeien uit oppervlaktewater, maar er is nu een 'onttrekkingsverbod'. Dat betekent dat veel boeren in het oosten en noorden geen water uit sloten en beken mogen halen voor bewatering van het land.[2]
     Om te laten zien wat er nu al kan, zijn er in de Waterstraat oplossingen te zien. Op kleine schaal, maar wel werkend. Een daarvan is Urban Rainshell van Ger Pannekoek. Het idee is simpel: regenwater verdwijnt tussen de straatklinkers in een ondergrondse buffer waar schelpen, mineralen en een bacteriecultuur het water zuiveren. Op deze manier wordt het geschikt voor bijvoorbeeld de bewatering van sportvelden of als bluswater. Zo snijdt het mes aan twee kanten.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 maart 2023 Weblink bron
    Wim Kopinga
    “Een watertekort in Nederland, dit betekent het” (Donderdag 2 augustus 2018, 20:56), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 17 maart 2023 Weblink bron
    Roel Pauw
    “Stortbuien nabootsen in de strijd tegen wateroverlast” (Woensdag 16 mei 2018, 13:17), NOS