bespottelijk

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·spot·te·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen bespottelijk bespottelijker bespottelijkst
verbogen bespottelijke bespottelijkere bespottelijkste
partitief bespottelijks bespottelijkers -

Bijvoeglijk naamwoord

bespottelijk

  1. uitermate vreemd
    • Het is een bespottelijk voorstel om hier alleen nog maar fietsers door te laten. 
    • Het allerliefst zou ik voor vijftig man spelen en hooguit tien dollar voor een kaartje vragen; theater voor hoi polloi. Ik zou graag de vrekken zien komen, de mensen die niet geïnteresseerd zijn, de mensen die andere plannen hebben, die wel wat beters te doen hebben en die ergens anders moeten zijn, de mensen die uitsluitend komen omdat een kaartje zo bespottelijk goedkoop is dat je wel gek zou zijn als je die kans liet lopen. [1] 
     En dat alles voor de bespottelijke prijs van 1. 600 euro.[2]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Harstad, Johan
    Max, Mischa & Het Tet-offensief 2017 ISBN 9789057598494 pagina 15
  2. All-inclusive” op Wikipedia (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht op Wikipedia, ISBN 90-229-9182-2
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be