beschermd

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·schermd
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van beschermen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van: beschermen…
verbogen vorm: beschermde

beschermd

  1. voltooid deelwoord van beschermen
  2. vormt de lijdende vorm
    • De maatschappij moet tegen personen als u worden beschermd. 
  3. vormt de voltooide tijden
    • Al dat vet moest hem tegen onderkoeling beschermd hebben. 
  4. attributief gebruikt
    • De alleen door liefhebbers beschermde natuurgebieden waren uiterst kwetsbaar. 
  5. als naamwoordelijk deel van het gezegde gebruikt
    • Niet zo langgeleden was de vos nog beschermd in Nederland. 
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen beschermd beschermder beschermdst
verbogen beschermde beschermdere beschermdste
partitief beschermds beschermders -

Bijvoeglijk naamwoord

beschermd

  1. beveiligd tegen gevaar
     Om haar mondhoeken speelde als vanouds die onverschillige glimlach van een vrouw die haar eigen beschermde leventje leidde en het zo allemaal wel prima vond.[1]
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen