belemmering
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: belemmering (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·lem·me·ring
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van belemmeren met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | belemmering | belemmeringen |
verkleinwoord | belemmeringetje | belemmeringetjes |
Zelfstandig naamwoord
de belemmering v
- wat hinder en oponthoud veroorzaakt
- Als er een belemmering is in de ademhaling krijg je het benauwd.
- Holwerda liet het bij die sleuven, die ook nog eens te smal waren om zelfs maar een goede eerste indruk te geven. Voor hem was dit geen belemmering om zaken soms mooier te maken dan ze waren, snel conclusies te trekken en daar nooit meer op terug te komen.[1]
- ▸ Het door hen verorberde voedsel vormde geen enkele belemmering voor de activiteiten die op stapel stonden.[2]
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen
1. wat hinder en oponthoud veroorzaakt
Gangbaarheid
- Het woord belemmering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "belemmering" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ NRC Theo Toebosch 11 mei 2018 Rijksmuseum van Oudheden: 200 jaar graven naar schatten in de grond
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht , ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be