bakul
Indonesisch
Woordafbreking
- ba·kul
Woordherkomst en -opbouw
Zelfstandig naamwoord
bakul
- mand, met boven een grote ronde opening en een kleinere vierkante onderkant
- marktkoopvrouw, marktkoopman
Afgeleide begrippen
Javaans
Uitspraak
- IPA: /bakʊl/
Zelfstandig naamwoord
bakul
- marktkoopvrouw, marktkoopman (op Java staan vanouds vooral vrouwen op de markt)