baardmannetje

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • baard·man·ne·tje
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord (baardman) (baardmannen)
verkleinwoord baardmannetje baardmannetjes

Zelfstandig naamwoord

het baardmannetjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord baardman
  2. dim. tant. (zangvogels) bepaald soort vogel, Panurus biarmicas op Wikispecies, ter grootte van een mus waarvan het mannetje een blauwgrijze kop met verticale baardstreep heeft
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie