arde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ar·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
arren |
arde
- enkelvoud verleden tijd van arren
- Ik arde.
- Jij arde.
- Hij, zij, het arde.
- Ik arde.
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
arder |
arde
vervoeging van |
---|
arren |
arde
vervoeging van |
---|
arder |
arde