arcibiskupský

Uit WikiWoordenboek

Slowaaks

Uitspraak
  • IPA: /artsɪbɪskʊpskiː/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het zelfstandig naamwoord arcibiskup met het achtervoegsel -ský.
  • Afgeleid van het bijvoeglijk naamwoord biskupský met het voorvoegsel arci-.

Bijvoeglijk naamwoord

arcibiskupský

  1. (religie) aartsbisschoppelijk; met betrekking tot de aartsbisschop.
Verwante begrippen


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /artsɪbɪskʊpskiː/


Woordafbreking
  • ar·ci·bi·s·kup·ský
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het zelfstandig naamwoord arcibiskup met het achtervoegsel -ský.
  • Afgeleid van het bijvoeglijk naamwoord biskupský met het voorvoegsel arci-.

Bijvoeglijk naamwoord

arcibiskupský

  1. (religie) aartsbisschoppelijk; met betrekking tot de aartsbisschop.
Verbuiging


Verwante begrippen


Verwijzingen