archiveren

Uit WikiWoordenboek
Een archief (Duitsland)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ar·chi·ve·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
archiveren
archiveerde
gearchiveerd
zwak -d volledig

Werkwoord

archiveren

  1. overgankelijk iets geclassificeerd opslaan om het later gemakkelijk terug te vinden
    • De discussies in onze Kroeg worden regelmatig gearchiveerd. 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen