appartementsgebouw
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ap·par·te·ments·ge·bouw
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van appartement en gebouw met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | appartementsgebouw | appartementsgebouwen |
verkleinwoord | appartementsgebouwtje | appartementsgebouwtjes |
Zelfstandig naamwoord
het appartementsgebouw o
- een groter gebouw (meestal met meerdere woonlagen) waarin verschillende zelfstandige woningen zitten
- De Nirwana-flat in Den Haag is een van de eerste appartementsgebouwen van Nederland.
Gangbaarheid
- Het woord appartementsgebouw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.