antinomie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • an·ti·no·mie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord antinomie antinomieën
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de antinomiev [2]

  1. werkelijke of schijnbare tegenstrijdigheid tussen twee oordelen of uitspraken
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

28 % van de Nederlanders;
32 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen