alpineskiede

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • al·pi·ne·skie·de

Werkwoord

vervoeging van
alpineskiën

alpineskiede

  1. enkelvoud verleden tijd van alpineskiën
    • Ik alpineskiede. 
    • Jij alpineskiede. 
    • Hij, zij, het alpineskiede.