agglutinatie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ag·glu·ti·na·tie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘samenkleving’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
- Naamwoord van handeling van agglutineren met het achtervoegsel -atie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | agglutinatie | agglutinaties |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- samenklontering
- (taalkunde) uitbreiding van woorddelen (door het aanbrengen van affixen)
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord agglutinatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ "agglutinatie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ agglutinatie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).