afvandet

Uit WikiWoordenboek

Deens

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·van·det
Naar frequentie 75377

afvandet

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van afvande

Werkwoord

har afvandet

  1. voltooid (verleden) deelwoord van afvande