afflige

Uit WikiWoordenboek

Frans

Werkwoord

vervoeging van
affliger

afflige

  1. eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van affliger
  2. eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van affliger
  3. tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van affliger