afectar
Catalaans
stamtijd | ||
---|---|---|
tegenw. tijd |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afecto | afectava | afectat |
1e vervoeging | volledig |
Werkwoord
afectar
Spaans
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afectar |
afectaba |
afectado |
volledig |
Werkwoord
afectar
Woordafbreking
- a·fec·tar
- overgankelijk
- raken, treffen, aangrijpen, indruk maken op
- veinzen, voorwenden
- treffen, indruk maken op
- schaden, aandoen (orgaan), aantasten
- aangaan, betreffen
- aannemen