adressant
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- adres·sant
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van adresseren met het achtervoegsel -ant
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | adressant | adressanten |
verkleinwoord | adressantje | adressantjes |
Zelfstandig naamwoord
de adressant m
- (juridisch) iemand die zich met een verzoek tot de bevoegde macht wendt
Gangbaarheid
- Het woord adressant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Frans
Werkwoord
adressant
- tegenwoordig deelwoord (participe présent) van adresser
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -ant in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Juridisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 9
- Werkwoordsvorm in het Frans