achterstand

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ach·ter·stand
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord achterstand achterstanden
verkleinwoord achterstandje achterstandjes

Zelfstandig naamwoord

achterstand m

  1. het verschil tussen de huidige en de gewenste stand
    • Na de plaspauze stond de wielrenner op 2 minuten achterstand t.o.v. het kopgroepje. 
    • Na zijn ziekte had hij een behoorlijke achterstand met zijn werk. 
     Omdat ik de afgelopen zeven jaar schematisch gezien een behoorlijke achterstand heb opgelopen, ben ik vandaag weer begonnen.[2]
     Rotterdam wil achterstanden bij leerlingen van de basisschool wegwerken door tijdens vakanties les te geven. De leerprestaties van leerlingen blijven ver achter bij die van leerlingen in de rest van Nederland. Daarom is dit jaar de vakantieschool geïntroduceerd.[3]
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. achterstand op website: Etymologiebank.nl
  2. All-inclusive” op Wikipedia (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht, ISBN 90-229-9182-2
  3. Bronlink geraadpleegd op 20 december 2023 Weblink bron “Rotterdamse kinderen werken achterstand weg op vakantieschool” (Vrijdag 5 augustus 2011, 18:30), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be