aardpool
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aard·pool
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aard en pool
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aardpool | aardpolen |
verkleinwoord | aardpooltje | aardpooltjes |
Zelfstandig naamwoord
- (aardrijkskunde) elk van de beide aspunten van de aarde
Verwante begrippen
- pool, noordpool, zuidpool, antarctica, arctica, ompoling, polarisatie, polariteit, polariseren, polair, bipolair
Vertalingen
1. elk van de beide aspunten van de aarde
Gangbaarheid
- Het woord aardpool staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.