aanschijns
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanschijns (hulp, bestand)
- IPA: / ˈansxɛins / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·schijns
Zelfstandig naamwoord
aanschijns
- genitief onzijdig van aanschijn, archaïsche vorm die in enkele staande uitdrukkingen voorkomt
Uitdrukkingen en gezegden
- in het zweet des aanschijns
- in het zweet zijns aanschijns (haars, mijns etc.)
Gangbaarheid
- Het woord 'aanschijns' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.