aanhoudende

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·hou·den·de

Bijvoeglijk naamwoord

aanhoudende

  1. verbogen vorm van de stellende trap van aanhoudend
     In een tijd waarin praktisch alle bouwactiviteiten geregeld en ingeperkt werden door de staat, of zo je wilde de partij, waren aanhoudende goede relaties misschien op de lange duur waardevoller dan winst in een afzonderlijk project.[1]

Werkwoord

vervoeging van: aanhouden
verbogen vorm: aanhoudendee

aanhoudende

  1. verbogen vorm van aanhoudend, het onvoltooid deelwoord van aanhouden

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044628142