aanbeeldje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanbeeldje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈambelcə / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·beeld·je
Zelfstandig naamwoord
het aanbeeldje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aanbeeld
het aanbeeldje o