VHS
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- VHS
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | VHS | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
VHS
- (initiaalwoord), (afkorting) de afkorting voor video home system, een opname- en afspeelstandaard voor videorecorders
- (initiaalwoord), (afkorting) de afkorting voor viraal haemorrhagisch syndroom, een specifieke konijnenziekte
Gangbaarheid
- Het woord 'VHS' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.