Kozak

Uit WikiWoordenboek
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: kozak


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Ko·zak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Kozak Kozakken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Kozakm

  1. (demoniem) lid van een hoofdzakelijk Slavisch ruitervolk dat rondtrok over de zuidelijke steppes van het Russische rijk
     De Kozak is een misdadiger, een moordenaar, een soldaat. Hij rooft en koopt om. Hij is slim en dapper. Hij wisselt van partij.
    De Kozak beschermt de orthodoxie. Hij brengt de drukpers naar Kyiv. De Kozak is een zigeuner, die sultans en koningen van de troon stoot.
    [4]
     Legers huurlingen uit alle windstreken van Europa - Engelsen, Fransen, Hollanders, Hongaren, Kozakken, Kroaten, Polen, Walen, Spanjaarden, Zweden en ook Nederlanders - trokken met hun tros door Duitsland, hun uitrusting en proviandering, soldij en buit uit de bevolking persend.[5]
Verwante begrippen
Opmerkingen
  • De Kozakken moeten niet worden verward met de Kazakken of Kazachen, een meer naar het oosten levend Turks volk.
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Kozak op website: Etymologiebank.nl
  3. "Kozak" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  4. Bronlink geraadpleegd op 25 januari 2024 Weblink bron
    Kalani Pickhart (vert. Jan Bert Kanon)
    “Als ik sterf in een vreemd land” (2022), Ambo/Anthos B.V., Amsterdam, ISBN 9789026361968, hfst. De evocatie van de voorouders
  5. Bronlink geraadpleegd op 25 januari 2024 Weblink bron ‘Hollandse hypocrisie’ : Duitsland in de romans van Vestdijk (1996) in: Vestdijk-jaarboek. Jaargang 1999: De geschiedenis van een talent., Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam, ISBN 9038878141, p. 109