Categorie:Vervoeging in het Spaans
| Index |
|
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z |
Pagina’s in categorie "Vervoeging in het Spaans"
Deze categorie bevat de volgende 200 pagina’s, van de 10.600 in totaal.
(vorige pagina) (volgende pagina)A
- abachar/vervoeging
- abacorar/vervoeging
- abadernar/vervoeging
- abajar/vervoeging
- abalanzar/vervoeging
- abalanzarse/vervoeging
- abalar/vervoeging
- abaldonar/vervoeging
- abalear/vervoeging
- abalizar/vervoeging
- aballar/vervoeging
- aballestar/vervoeging
- abaluartar/vervoeging
- abanar/vervoeging
- abancalar/vervoeging
- abanderar/vervoeging
- abanderizar/vervoeging
- abanderizarse/vervoeging
- abandonar/vervoeging
- abandonarse/vervoeging
- abanear/vervoeging
- abanicar/vervoeging
- abanicarse/vervoeging
- abaniquear/vervoeging
- abarajar/vervoeging
- abaratar/vervoeging
- abaratarse/vervoeging
- abarañar/vervoeging
- abarbechar/vervoeging
- abarbetar/vervoeging
- abarcar/vervoeging
- abarcuzar/vervoeging
- abarloar/vervoeging
- abarquillar/vervoeging
- abarquillarse/vervoeging
- abarracar/vervoeging
- abarraganarse/vervoeging
- abarrajar/vervoeging
- abarrancar/vervoeging
- abarrar/vervoeging
- abarrotar/vervoeging
- abastar/vervoeging
- abastardar/vervoeging
- abastecer/vervoeging
- abastecerse/vervoeging
- abastionar/vervoeging
- abatanar/vervoeging
- abatatar/vervoeging
- abatatarse/vervoeging
- abatir/vervoeging
- abatirse/vervoeging
- abatojar/vervoeging
- abayuncar/vervoeging
- abañar/vervoeging
- abdicar/vervoeging
- abducir/vervoeging
- abejear/vervoeging
- abejonear/vervoeging
- abejorrear/vervoeging
- abeldar/vervoeging
- abellacar/vervoeging
- abemolar/vervoeging
- aberrar/vervoeging
- abigarrar/vervoeging
- abinar/vervoeging
- abisagrar/vervoeging
- abiselar/vervoeging
- abismar/vervoeging
- abismarse/vervoeging
- abitar/vervoeging
- abjurar/vervoeging
- ablandar/vervoeging
- ablandarse/vervoeging
- ablandecer/vervoeging
- ablentar/vervoeging
- abnegar/vervoeging
- abobar/vervoeging
- abobarse/vervoeging
- abocar/vervoeging
- abocardar/vervoeging
- abocarse/vervoeging
- abocetar/vervoeging
- abochornar/vervoeging
- abochornarse/vervoeging
- abocinar/vervoeging
- abocinarse/vervoeging
- abofarse/vervoeging
- abofetear/vervoeging
- abogar/vervoeging
- abolir/vervoeging
- abollar/vervoeging
- abollonar/vervoeging
- abolsar/vervoeging
- abombar/vervoeging
- abombarse/vervoeging
- abominar/vervoeging
- abonanzar/vervoeging
- abonar/vervoeging
- abonarse/vervoeging
- abondar/vervoeging
- aboquillar/vervoeging
- abordar/vervoeging
- abordonar/vervoeging
- aborrascarse/vervoeging
- aborrecer/vervoeging
- aborrecerse/vervoeging
- aborregarse/vervoeging
- aborrir/vervoeging
- aborronar/vervoeging
- abortar/vervoeging
- aborujar/vervoeging
- aborujarse/vervoeging
- abotagarse/vervoeging
- abotargarse/vervoeging
- abotonar/vervoeging
- abovedar/vervoeging
- aboyar/vervoeging
- abozalar/vervoeging
- abracar/vervoeging
- abrasar/vervoeging
- abrasarse/vervoeging
- abravecer/vervoeging
- abrazar/vervoeging
- abrazarse/vervoeging
- abretonar/vervoeging
- abrevar/vervoeging
- abrevarse/vervoeging
- abreviar/vervoeging
- abrezar/vervoeging
- abrigar/vervoeging
- abrigarse/vervoeging
- abrillantar/vervoeging
- abriolar/vervoeging
- abrir/vervoeging
- abrirse/vervoeging
- abrochar/vervoeging
- abrocharse/vervoeging
- abrogar/vervoeging
- abroncar/vervoeging
- abroncarse/vervoeging
- abroquelar/vervoeging
- abroquelarse/vervoeging
- abrotoñar/vervoeging
- abrumar/vervoeging
- abrumarse/vervoeging
- absolver/vervoeging
- absorber/vervoeging
- absortar/vervoeging
- abstener/vervoeging
- absterger/vervoeging
- abstraer/vervoeging
- abuchear/vervoeging
- abuenar/vervoeging
- abujardar/vervoeging
- abullonar/vervoeging
- abulonar/vervoeging
- abultar/vervoeging
- abundar/vervoeging
- aburar/vervoeging
- aburguesar/vervoeging
- aburguesarse/vervoeging
- aburrarse/vervoeging
- aburrir/vervoeging
- aburrirse/vervoeging
- aburujar/vervoeging
- abusar/vervoeging
- abutagar/vervoeging
- abuñolar/vervoeging
- abuñuelar/vervoeging
- acabalar/vervoeging
- acaballar/vervoeging
- acaballerar/vervoeging
- acaballonar/vervoeging
- acabar/vervoeging
- acabarse/vervoeging
- acabañar/vervoeging
- acabestrillar/vervoeging
- acabildar/vervoeging
- acachetar/vervoeging
- acachetear/vervoeging
- academizar/vervoeging
- acaecer/vervoeging
- acairelar/vervoeging
- acalabrotar/vervoeging
- acalambrar/vervoeging
- acalambrarse/vervoeging
- acaldar/vervoeging
- acalenturarse/vervoeging
- acallantar/vervoeging
- acallar/vervoeging
- acalorar/vervoeging
- acalorarse/vervoeging
- acalugar/vervoeging
- acamar/vervoeging
- acamellonar/vervoeging
- acampanar/vervoeging
- acampar/vervoeging
- acanalar/vervoeging
- acanallar/vervoeging
- acantarar/vervoeging