Brazzaviller
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- Braz·za·vil·ler
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van Brazzaville met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Brazzaviller | Brazzavillers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de Brazzaviller m
- (demoniem) een inwoner van Brazzaville, of iemand afkomstig uit Brazzaville
Verwante begrippen
Demoniemen bij Brazzaville in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Brazzaviller • inwoonster: Brazzavilse • bijvoeglijk: Brazzavils |
Gangbaarheid
- Het woord 'Brazzaviller' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.