Auberginen

Uit WikiWoordenboek

Duits

Uitspraak
  • IPA: /obɐˈʒiːnn̩/, /obɐˈʒiːnən/ of /obɛʁˈʒiːnn̩/, /obɛʁˈʒiːnən/
Woordafbreking
  • Au·ber·gi·nen

Zelfstandig naamwoord

Auberginen mv

  1. nominatief, genitief, datief en accusatief meervoud van Aubergine